Eerste keer in een achtbaan. De ervaring van een echte angsthaas!

Gepubliceerd: Bijgewerkt op

Dit is een gastartikel ingestuurd door één van onze lezers. Vind je het ook leuk om een artikel voor onze website te schrijven? Stuur ons dan een berichtje.

Daar stond ik dan. Voor De Baron in de Efteling. Heel eerlijk, het zweet brak me uit! Vreselijk om te zien hoe die mensen in het karretje naar boven werden getakeld en over het randje ineens stopten. Alsof dat nog niet erg genoeg was ging dat ding ook nog meerdere keren over de kop. Mij niet gezien!

De rest van de groep wilde wel. Dus ik nam plaats op één van de bankjes, natuurlijk met uitzicht op de waaghalzen. Voordat ze de rij in liepen zwaaiden ze nog even. Ja hoor, jullie liever dan ik, dacht ik nog.

Een echte angsthaas

Toegegeven ik ben een echte angsthaas. Bij de aanblik van veel attracties word ik al bang. Over de kop? Nee dankje, ik blijf liever met de beide beentjes op de grond. Ze hebben mij regelmatig geprobeerd over te halen om in attracties te gaan die niet eng zijn.

Het is ze nog nooit gelukt. Tot die bewuste dag in De Efteling. Nee, ik ben niet in De Baron geweest, mij net iets te heftig. Maar in Joris en de Draak.

Dit is een achtbaan die gemaakt is van hout. Er rijden 2 karretjes tegelijk en naast elkaar over de baan. De attractie is niet te missen. Je hoort gerammel en gegil. Toen ze voorstelden om hier met z’n allen in te gaan was ik al op zoek naar een bankje.

“Nee deze is echt niet eng”, “Je gaat niet over de kop”. Uiteindelijk heb ik me toch over laten halen om erin te gaan. Heel eerlijk was ik het ook zat om elke keer oppas te zijn van de handtassen, rugzakken en souvenirs. Het is ook veel gezelliger om met z’n allen erin te gaan. Maar ik ben gewoon niet zo’n held.

In de wachtrij

Dus daar gingen we dan. Achter elkaar door de ingang en onder de achtbaan door. De wachtrij is behoorlijk lang. Je moet een aardig stuk afleggen voordat je bij de karretjes komt. Niet handig voor iemand die er eigenlijk niet in wil.

Tijdens de wandeling door de wachtrij bedacht ik diverse excuses om er niet in te hoeven. Misselijk, hoofdpijn, niet goed voor mijn hart. Ze trapten er niet. Als ik echt niet wilde kon ik er altijd via de uitgang weer uit.

Voor ons stonden twee knaapjes van nog geen 10 jaar oud. Ze waren al 3x in deze achtbaan geweest en vertelde elkaar de stoerste verhalen. Daar stond ik dan, al heel wat jaartjes volwassen, met knikkende knieën achter die twee kleine knullen. Nou als zij het durven, dan doe ik het ook! Dus ik bleef heel stoer staan. Tot het moment van instappen…

De rit

Je kunt in de wachtrij zelf kiezen welke kant je opgaat. Doe de rustigste dan maar! Aan het eind van de wachtrij kies je een plek waar je in het treintje wilt zitten. We gingen achter elkaar zitten in het midden van het karretje.

De vlaggen gingen uit, er werd gejuicht en de karretjes rolden rustig het station binnen. “We moeten wel winnen he!” Sorry, maar ik ga proberen hier levend uit te komen. Zorgen jullie maar dat we winnen.

En dan is het moment daar. De poortjes gingen open en we konden instappen. Nog heel even heb ik getwijfeld om heel snel weg te lopen maar uiteindelijk ben ik toch maar gaan zitten. Natuurlijk heb ik mezelf zo strak mogelijk ingesnoerd. Ik kreeg bijna geen lucht maar ik ga het niet riskeren dat ik er wellicht uit val.

Na een controle of we echt goed vastzaten begon het spektakel.

De karretjes werden rustig naar boven getakeld. Dit kan ik hebben dacht ik nog. Best een mooi uitzicht ook vanaf hier. Lekker met het zonnetje in m’n gezicht. Als dit is hoe het gaat in een achtbaan dan kan ik daar prima mee leven.

En toen ging het los. Met hoge snelheid zoefden we naar beneden, door de bochten en weer terug naar boven. De baan maakte ontzettend veel lawaai, ik was bang dat deze zou instorten. Mijn vriendin naast me had de grootste lol. “Je moet lekker je handen in de lucht doen”. Nou ik heb mezelf stevig vastgehouden, de gehele rit.

Uiteindelijk was daar dan het einde. Met gejuich en vlaggen kwamen we het station weer binnen. Stiekem vond ik dat ik het applaus had verdiend, ik heb het overleefd.

Wat vond ik er van?

Doodeng! Eerlijk waar, ik kan niet zeggen dat ik er enorm van genoten heb. De snelheid, die g-krachten op je lijf en dan ook nog die kriebels in je buik. Nee niks voor mij.

Toch ben ik heel blij dat ik het heb gedaan en mijn angst heb overwonnen. Het was heel gezellig om met z’n allen in de rij te staan in plaats van in mijn eentje bij de tassen achter te blijven.

Die dag ben ik ook nog in De Vliegende Hollander geweest. Dat is geen achtbaan werd mij verteld. Ook deze attractie vond ik doodeng. Niet zozeer het achtbaan gedeelte, waarin het karretje kort over rails heen gaat voordat je in het water splasht. Er zit namelijk een schrikmoment in. Inclusief angstaanjagende muziek. Vlak daarvoor is het hartstikke donker dus je weet dat er iets te gebeuren staat en dan ineens…Wat er gebeurt verklap ik niet.

Zou je het andere angsthazen aanraden?

Er zijn er meer zoals ik. Mensen die liever buiten blijven wachten dan met de rest in de achtbaan gaan. Of ik het hen zou aanraden om toch in de achtbaan te gaan? Ja! Het klinkt misschien gek, maar je moet alles een keer geprobeerd hebben. Ben je in de achtbaan geweest en vond je het niks? Dan hoef je er nooit meer in maar kan je wel zeggen dat je het een keer gedaan hebt.

Ben je nog nooit in een achtbaan geweest? Kies dan een rustig exemplaar. Achteraf hoorde ik dat Joris en de Draak een vrij extreme achtbaan is, ondanks dat deze niet over de kop gaat. Vogelrok zou een betere keus zijn geweest. Die is een stuk korter en soepeler.

Ben je net zoals ik bang voor achtbanen? Deel jouw verhaal hieronder in de comments!